Een lang weekje Curacao
Het is intussen al weer oud nieuws dat Curacao op 3 en 4 september jl. haar eerste eigen North Sea Jazz festival mee maakte op steenworp afstand van het Hilton en Mariot Hotel in het sjieke deel van Piscadera en wel in en rond de gebouwen van het prestigieuze Curacao World Trade Center.
Ik schat zelf in dat meer dan 10.000 mensen dit nagenoeg perfect georganiseerd festival hebben bezocht, waaronder de helft van Curacao zelf en de rest uit omliggende (ei)landen als Aruba, Suriname, Venuzuela en niet te vergeten Nederland. De line-up loog er dan ook niet om en het is en blijft een hele gewaarwording voor een dyuka als ik om muzikale grootheden als Sergio Mendes, George Benson, Luis Enrique, Simply Red en last but not least Lionel Richi op nog geen 5 meter afstand life (?) te zien optreden. Ik vond het typerend voor de grootsheid van het optreden van George Benson dat een oude vriend van mij zei “eigenlijk wil ik ook even naar het Michel Camilo Trio maar ik kan dat naar George Benson toe (trad gelijktijdig op) niet maken”. Zo veel respect ontlokt de oude meester nog aan zijn discipelen. Voor mij vormde het optreden van Lionel Richi, die de 1e festivaldag afsloot, het absolute hoogtepunt van het eerste North Sea Jazz di Korsaw. Richi beschikt met afstand over het meest uitgebreide repertoir, en dat vlgns mij zelfs als je zijn Commodores tijdperk buiten beschouwing laat. Wat moet het goed voelen voor zo een artiest als het ganze publiek al je nummers blijkt te kunnen meezingen. Richi is bovendien een geboren entertainer. Zijn: ‘this is my first time in Curacao but it wont be my last’, deed het prima, evenals zijn oplossing voor de verzengende hitte: ‘outdoor-air-con-di-tio-ning’. Richi had van begin tot eind contact met zijn publiek: ‘some of you came to hear me sing while some of you came to hear themself sing. Soo lets sing together. All night long!’ en iedereen ging weer uit zijn en vooral haar dak.
Als je bedenkt wat de spin-off is en verder nog kan zijn van zo een festival dan ben je geneigd zo iets ook naar Suriname te halen. Ik zie het niet gebeuren. Waar gaat Suriname in korte tijd zo veel gasten herbergen? Wat hebben wij de toerist te bieden buiten het festival? Eco-toerisme? Wat dat betreft is Curacao gezegend met haar wijdse stranden en prachtige blauwe water en niet te vergeten het veelvoud aan luxe verblijfsadressen. Over luxe geschreven. Dankzij Ann en Ronny hoefden we niet te volstaan met Chogogo, Zuurzak, Breezers, Plaza, Hilton of Marriot, om maar wat te noemen. We gingen met ze brunchen in Hyatt. Wat een pracht oord is dat zeg! Alleen al de rit die je er naartoe maakt vanaf de secured entrance is adembenemend. Laat staan als het hotel resort in de verte opduikt, je één van de kamers van binnen mag bekijken en er ook nog eens verrukkelijk eten voorgeschoteld krijgt. Het enige wat ik er niet van begrijp is hoe Curacao haar populaire volksbeach, te weten Barbara Beach, aan dit fenomeen heeft opgeofferd zonder dat er een volksopstand plaats vond. Dit is uberhaupt iets wat ik niet begrijp van Curacao. Ze hebben nauwelijks een beach over die vrij toegankelijk is voor het publiek. Alle mooie resorts, beaches en horeca gelegenheden zijn privately owned en geloof me ER ZIT GEEN Curacauenaar in de leiding. Mij werd schouderophalend verzekerd dat Antillianen lui zijn en althans geen ondernemersspirit hebben. Geloof me, de eerstvolgende keer dat ik Curacao bezoek ga ik met locals praten om hier meer over te weten te komen.
Ondertussen nadert de magische datum 10-10-2010, waarop de Antillen, ready or not, worden verondersteld staatkundige geschiedenis te schrijven. Zo worden Curacao en St. Maarten net als Aruba voor hen zelfstandige eilandsstaten binnen het koninkrijk en worden kleinere eilanden als Bonaire Nederlandse gemeenten. Toen ik de enige politicus die ik er ontmoette vroeg of Curacao en St. Maarten er klaar voor waren zei hij: “Ben je klaar voor alle uitdagingen van het huwelijk als je in het huwelijksbootje stapt? Neen. Je leert gaandeweg de rit.” Tja, als je huwelijk mislukt ga je scheiden, bedacht ik; hoe gaat dat in zijn werk als zo een staatkundig avontuur mislukt? Als Surinamer mag ik me daar over natuurlijk niet al te druk maken. Suriname geldt voor alle Arubanen en nu nog Antillianen immers als afschrikwekkend voorbeeld van hoe het qua dekolonisatie niet moet. Ze hebben het dan niet alleen over de staatsgreep van 1980, de decembermoorden van 1982 en de binnenlandse oorlog die erop volgde, maar ook over het feit dat de Surinaamse volksvertegenwoordiging onze voormalige dictator en van drugshandel en moord verdachte Desi Bouterse zo recent als in augustus 2010 verkoos om voor vijf jaren onze President te zijn.
Maar goed, het was een kostbare trip (vliegreis, toegangskaarten, logies, huurauto, beltegoed en (uit) eten & drinken) die alleszins de moeite waard was. Zelfs als je er de verschrikkelijke vertraging van de terugreis, courtacy of Surinam Airways, ervan aftrekt. Ik realiseer mij daarbij maar als te goed dat we dit danken aan de harmonie van het eigen prettige reisgezelschap, maar zeker ook aan de gastvrijheid van de kondremangs die daar met ons zijn opgetrokken en ons letterlijk en figuurlijk wegwijs maakten. Masha, masha danki! Till we meet again.
Hebben jullie ondertussen weer De Hartelijke Groeten uit Paramaribo, waar ik inmiddels weer zit.
Ricardo E. Meyer.
Begin oktober 2010